top of page
  • Anne-Marie Vangeenberghe

Hop, de vergeten Groene Bel



De opkomst van de hopteelt in het Pajottenland

In een ver verleden was hop heel typerend voor het Pajottenland. Een hopveld herken je aan de netjes geordende metershoge staken waarlangs slingerende planten richting zon groeien. In Vlaanderen zijn hopvelden echter zeldzaam geworden. Ook zo in het Pajottenland waar de teelt begin jaren 1960 verdween. Het handelsmerk van de streek is nu immaterieel erfgoed.


Eeuwenlang was de streek echter, dankzij de vruchtbare leemgrond, een uitgesproken hopstreek. Al in de 14e eeuw was hop de grondstof die hielp om het bier beter te bewaren. Het was de Abdij van Affligem die in de 11e eeuw de teelt van hop in de streek introduceerde. Inspiratie vond men in Duitsland, een land waar in sommige streken de hopbel nog altijd een belangrijke teelt is voor boeren.


Vanaf de 15e eeuw kende de hopteelt een enorme expansie in het Pajottenland en werd het de belangrijkste landbouwteelt. Heel wat Vlaamse steden hadden een hopmarkt (zoals er ook een vismarkt, groentemarkt, vleesmarkt, … was) maar geen enkele evenaarde het succes van de Aalsterse hopmarkt waar ook de Pajotse hop werd afgezet. Brouwers uit de zeer ruime regio waren de vaste klanten. De kwaliteit van hop die in Aalst verhandeld werd, werd in heel Europa bejubeld. Dat kwam door de stielkennis van de boeren: plukken, drogen en bewaren gebeurden er met zorg en kunde.


Het verdwijnen van de hopteelt

Eind 19e eeuw viel er echter meer geld te verdienen met tuinbouw. Daarom schakelden veel Pajotse boeren over naar groenten- en fruitteelt. Men noemde hen de boerkozen. Dankzij de boerentram die de Pajotse velden verbond met de hoofdstad, konden de Pajotse boeren hun groenten en fruit makkelijk verkopen aan de stedelingen.


Ondanks de mechanisatie en de lichte heropflakkering na de Tweede Wereldoorlog, heeft de teelt zich nooit meer echt herpakt. Eind de jaren 1960 verdwenen de staken uit het landschap en met hen de groene bellen.


De Orde van de Groene Bel

In 2013 werd de Orde van de Groene Bel opgericht. Deze vzw helpt de hopcultuur in het Pajottenland ondersteunen en bewaren. Ze dankt haar naam aan de hopsoort die zo typisch was voor de streek.


Via de Orde helpen vrijwilligers de enige hopteler van het Pajottenland. In Sint-Martens-Bodegem binden ze in het voorjaar de ranken op en helpen ze in het najaar bij de oogst en de verwerking.


Hoe verder?

Of de teelt het Pajotse landschap ooit nog terug zal vorm geven? Zeg nooit nooit. We zien de laatste jaren op meerdere plaatsen vergeten teelten op de velden. Alles hangt af van de vraag. Als er terug brouwers zijn die zeer specifiek naar de Pajotse hop vragen én er de juiste prijs voor willen betalen, vind je ongetwijfeld boeren die er hun boterham mee willen verdienen.


In sommige winkels vind je al broden, gebakken met meel van oude (herontdekte) granen. Brouwerij 3Fonteinen in Beersel kan dankzij een win-win samenwerking met enkele Pajotse akkerbouwers, weer een bier op de markt brengen, gebrouwen met vergeten, lokale granen. Wie weet volgt de vraag naar lokale hop.


In afwachting kan je in Sint-Martens-Bodegem op zoek naar de laatste hopvelden. Bezoek zeker ook huisje Mostinckx. De schuur is sinds 2011 ingericht is als hopmuseum.

9 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page